Onschuld
Komende zondag wordt kerstmis gevierd, het feest van licht en vrede gesymboliseerd door een pasgeboren baby, de belichaming van onschuld. We beginnen allemaal dit leven als een baby, als pasgeboren onschuld. De baby kijkt nog met een hele frisse blik, met frisse ogen naar de wereld, heel open en ontvankelijk. Je kan het licht zien in de oogjes, ze glinsteren.
En dan gaat de baby opgroeien en laat het leven zijn sporen na. We maken allemaal dingen mee, we doen allemaal dingen die hun sporen nalaten in ons lichaam en geest. We doen soms onheilzame handelingen, andere mensen doen onheilzame handelingen naar ons. En tegen de tijd dat we volwassen zijn lijkt de onschuld verdwenen te zijn. Begint het licht uit onze ogen te verdwijnen, ervaren we geen vrede meer en wat overblijft is een verlangen hiernaar in het hart.
Dus onze zoektocht begint om het terug te hervinden. En we zoeken natuurlijk in de wereld, in anderen. Maar Jezus zei: “Het Koninkrijk Gods is in u.” Zenmeester Dōgen zei: “Keer de blik naar binnen en neem direct de weg die naar de Boeddhageest leidt.” Beiden wezen naar het naar binnen keren want de onschuld, het licht en de vrede zijn niet verdwenen. Ze zijn alleen verduisterd geraakt door de geschiedenis die er overheen is komen te liggen, zoals een spiegel bedekt raakt met een dikke laag stof en het zijn heldere weerspiegeling niet meer kan tonen.
Wat van ons gevraagd wordt om de onschuld in onszelf weer te hervinden is om in onze geschiedenis te zitten en er doorheen te gaan, als het ware doorheen te zakken met een zachtheid, een vriendelijkheid. Want onze geschiedenis leidt juist zo vaak naar verkramping mentaal en fysiek. Het leidt vaak tot de impulsen om onheilzaam te handelen. Kunnen we onze geschiedenis volledig toelaten en erin zitten zoals een Boeddha zit, met zachtheid, met een vriendelijkheid, wetend dat het niet meer is dan de lege echo’s van een verleden.
Wanneer we dit werkelijk doen en hierin volhouden hervinden we weer de onschuld in onszelf, dat licht van onze ware natuur en die vrede die tijdloos zijn en daarom kunnen ze altijd gevonden worden. Het ligt op ons te wachten. Dus de uitnodiging is om werkelijk te zitten in wat is. En net zoals een baby niet bevangen is en open kan kijken, zo te zitten en te kijken naar wat komt en gaat. Je gedachten en emoties zijn niet meer dan, als het ware, de vormen die de geschiedenis in dit moment in je aanneemt. Laat ze maar gaan. Uiteindelijk vinden we onze Ware Natuur weer terug, want het was nooit kwijt.
Het is een mooi feest, kerstmis. Het had een boeddhistisch feest kunnen zijn want, in zekere zin is de weg die we gaan precies dat: het hervinden van waar we ooit mee in deze wereld kwamen. Daar kan geen enkele geschiedenis werkelijk afbreuk aan doen. Het kan het niet bezoedelen, kapot maken. Het ligt te wachten.
* * * * *
"Kunnen we onze geschiedenis volledig toelaten en erin zitten zoals een Boeddha zit, met zachtheid, met een vriendelijkheid, wetend dat het niet meer is dan de lege echo’s van een verleden."