Het licht in jezelf
De tijden lijken wat donkerder te worden. De toekomst ziet er wat somber uit: oorlogsdreiging, politieke polarisatie, het uitsterven van diersoorten, de opwarming van de aarde, om maar een paar dingen te noemen. Het licht lijkt een beetje te verdwijnen uit deze wereld. Dus het is inderdaad heel passend dat we volgende week het feest van het licht vieren. Begin deze maand hebben we een vergelijkbaar feest gevierd, de verlichting van de Boeddha. Ook in dat feest staat het licht centraal. Dat is niet het licht buiten je, maar het licht diep in je. Het licht dat nooit gedoofd kan worden, hoe donker de tijden ook mogen worden.
In het oude testament maakt God zich kenbaar aan Mozes met de woorden: “Ik ben die Ik ben”. Jouw diepste zelf spreekt woordeloos diezelfde woorden aan je: “Ik ben die Ik ben”, én: “Ik ben gewaar dat Ik ben”. Het is dat diepe Zelf dat niet het kleine ik of ego is, maar de basis van ieder van ons, van elk levend wezen. Het is een licht van pure vrede, van pure stilte. Het bevindt zich op het raakvlak van vorm en vormloosheid, of in de woorden van de Hartsoetra van ‘vorm en leegte’.
Dat Zelf is zowel tijd als tijdloos. Het is zowel een vorm, beperkt, als een leegte, eindeloos groot. Dōgen zegt zo groot als het hele universum. Want alles en iedereen bevindt zich in dit Zelf, in dit ‘Ik ben die Ik ben’. En we hebben een directe toegang tot ons Zelf. Er zijn waarlijk geen hindernissen of deuren waar we doorheen moeten. Maar er is wel een bereidwilligheid nodig om de aankleding, al die vormen waarmee we ons vullen - de gedachten, de emoties, de fysieke dingen, ons lichaam, - even los te laten, te kijken voorbij wat vorm is. We hoeven eigenlijk alleen maar diep te verzachten en te ontspannen. Dit Zelf is in ieder van ons aanwezig. Het laat zich niet horen zoals je een geluid hoort, het laat zich niet zien zoals je een vorm ziet, maar het maakt zich kenbaar met ‘Ik ben die Ik ben’ én ‘Ik ben gewaar dat Ik ben’. Eenvoudigweg het Zijn waarin de donkerte en het licht van de wereld verschijnen en verdwijnen.
Dus hoe donker de toekomst ook mogen lijken, koester dit licht in jezelf. Koester jouw diepste zelf dat het Zelf is van alles en iedereen. Het is het Zelf van wijsheid, van liefde en mededogen. Daarom kunnen zij die dit licht werkelijk gezien hebben een ander niet meer schaden, een ander geen pijn meer doen. Kunnen ze zichzelf niet meer schaden en pijn doen. Kan alleen maar dit Zelf gekoesterd worden, dit licht in anderen en in onszelf.
Laten we vieren dat we allen dit licht met ons meedragen. Laten we vieren dat er een weg is om dit licht in onszelf te herkennen. Ons zitten is in zekere zin die viering. We hoeven alleen maar te stoppen met het ‘doen’, met het zoeken, met het verlangen, want uiteindelijk zijn we dit Zelf, zijn we ‘Ik ben die Ik ben’, zijn we het ‘Ik’ dat gewaar is dat het is.
* * * * *
"Dus hoe donker de toekomst ook mogen lijken, koester dit licht in jezelf. Koester jouw diepste zelf dat het Zelf is van alles en iedereen. Het is het Zelf van wijsheid, van liefde en mededogen. Daarom kunnen zij die dit licht werkelijk gezien hebben een ander niet meer schaden, een ander geen pijn meer doen. Kunnen ze zichzelf niet meer schaden en pijn doen."