Overgave
Gisteren sprak ik over het perspectief van de blik vanuit het standpunt van wat ik het kleine deel en het grotere geheel noemde. Het boeddhisme biedt hulp bij het begrijpen van de mechanismen van de zienswijze van het kleinere deel, hoe we er zo verstrikt in kunnen raken dat we geen besef hebben van het grotere geheel.
De Dharma geeft een analyse van het kleinere deel in termen van de vijf skandhas. Laat het technische begrip skandha je niet afschrikken als je niet zo vertrouwd bent met de boeddhistische leer of stellingen. Dit woord staat voor 'groep' of 'onderdeel', dus de vijf skandhas zijn vijf onderdelen die samen datgene vormen wat we het kleinere deel noemen. Wij zeggen ze elke dag op tijdens de recitatie van De Soetra van Grote Wijsheid: vorm, gevoel, waarneming, wilsactiviteit, bewustzijn. En het gaat erom om te kunnen doorzien hoe het denken in termen van het kleine deel opkomt, hoe onze angsten en verlangens de controle overnemen.
De Skandha's
De eerste skandha is vorm, waarmee niet alleen ons lichaam wordt bedoeld maar ook het gehele fysieke universum. We hebben dus een lichaam dat een deel is van het hele universum. En samen met het lichaam beschikken we over zintuigen en daarmee kunnen we de wereld om ons heen waarnemen, of voelen. De zintuigen doen hun werk. Dat leidt tot het voorstellingsvermogen. Daarom zien we niet alleen maar iets, bijvoorbeeld de inrichting van een kamer die we binnenlopen, maar die inrichting kan ons ook bevallen of tegenstaan. En bevallen en tegenstaan, voorkeur en afkeer, leiden tot wilsactiviteiten, tot handelen. En al die stappen samen vormen ons bewustzijn. Ik zal hier nog iets dieper op ingaan zodat je er meer vat op krijgt.
Ons menselijke lichaam heeft een wisselwerking met de omgeving waarin we ons bevinden ‒ welke omgeving dan ook. We zien, horen, ruiken enzovoort. Eén van de onderdelen, één van de zintuigen in het boeddhisme ‒ we hebben er zes ‒ is ons vermogen om dingen waar te nemen die geestelijk van aard zijn. We kunnen ideeën waarnemen, concepten, cultuur, zo je wilt. Op dezelfde manier als we ook zaken kunnen zien, ruiken enzovoort. Wat we tegenkomen kan ons bevallen of tegenstaan of roept soms alleen een neutrale reactie op. De zon komt tevoorschijn en we voelen ons een beetje opgetild; het begint te regenen en we voelen ons een beetje bedrukt. Ons waarnemen verandert al naar gelang wat we via onze zintuigen tegenkomen. Onze voorstelling van de wereld, en vooral onze voorstelling van onszelf, leidt vervolgens tot ons handelen, tot wilsdaden. En wat we doen, onze daden, maken ons tot de persoon die we zijn, in die zin dat onze handelingen ons het gevoel geven van wie we zijn, ons bewustzijn. Dat is bewustzijn in termen van het kleinere deel.
Hulp bij zitmeditatie
De reden dat ik al deze dingen benoem, is dat het bij de zitmeditatie behulpzaam kan zijn om deze elementen aan het werk te zien. Hopelijk ben je je in elk geval bewust van vorm: hier is je lichaam dat op een verhoging zit, je knieën of voeten op de grond. Tot zover is alles in orde. Je ervaart gevoel. Je zintuigen doen hun werk naar behoren. Je kunt mijn stem horen en je kunt zien wat er voor je is, enz. Er komen ook herinneringen in je op, je komt als het ware mentale objecten tegen naast fysieke objecten. Een veel voorkomend mentaal object is de herinnering. Als er een herinnering in je opkomt aan iets dat je als moeilijk of bedreigend hebt ervaren, dan leidt dat tot een bepaalde mentale houding. Grofweg kun je die beschrijven als afkeer of voorkeur, maar in de praktijk ligt het allemaal veel subtieler. Uit die mentale houding komt handelen voort. Je zit bijvoorbeeld hier en er komt een herinnering op aan iets onplezierigs, daar wil je van af, en dat is het opkomen van wil in reactie op een voorstelling. En je bewustzijn daarbij is er een van wegduwen.
Dit is natuurlijk een vereenvoudigde weergave en ik wil je eigenlijk niet aanraden om tijdens de zitmeditatie al die afzonderlijke stappen of delen te gaan benoemen. Maar probeer die elementaire samenhang tussen vorm, voelen, voorstellen en wil te begrijpen: hoe onze wensen en verlangens verband houden met onze voorstelling van de wereld en hoe het handelen naar aanleiding van onze voorstelling van de wereld tot een volgende ronde van lijden leidt. Met andere woorden, als we handelen op grond van onze angsten en verlangens die voortkomen uit het zicht op slechts een deel van het geheel, dan brengen we een bewustzijn voort in termen van het kleinere deel, en het is bijzonder moeilijk je daaruit los te maken. Maar de middelen daartoe zijn altijd voorhanden. Kijk naar hoe dat 'kleine' bewustzijn zichzelf voortbrengt en zichzelf in stand houdt. Je hoeft dat niet te doen. Als je het grotere geheel wil kennen, stap dan terug van dit voortgaande proces van het voortbrengen van een bewustzijn dat alleen het kleinere deel ziet. Zeg: "Nu is het genoeg. Ik heb die weg al te vaak bewandeld en weet waartoe dat leidt. Ik heb er genoeg van".
Conflict
Als we een conflict hebben, dan is overgave, onszelf geven, de enige manier om in het grotere geheel te blijven. Dat kan soms erg moeilijk zijn, omdat we een elementaire fout maken. We denken dat overgave gepaard gaat met het overgeven aan de ander, of ‒ in termen van conflict ‒ overgeven aan de vijand. Maar dat is het niet waar overgave voor staat, niet in de spirituele zin waar het hier om gaat. Overgave betekent in dit opzicht: niet langer opdelen of scheiden wat toch al een geheel is. Overgave betekent: het loslaten van de scheiding. Als er sprake is van conflict, laat de scheiding dan los. Om dat te doen moeten we bereid zijn om voorkeur en afkeer los te laten. Dat we beschikken over vorm en over goed functionerende zintuigen, daar is niets mis mee. Maar als we investeren in de ene kant of de andere kant, dan doen we wilshandelingen opkomen die worden gedreven door onze behoeften en verlangens. En het hoeft niet alleen te gaan om banale behoeften en verlangens. Want misschien voelen we ons al zo onvoorstelbaar lang buitengesloten, onbemind of afgewezen, dat we worden gedreven door een heel diep en krachtig verlangen naar acceptatie. En die pijn wordt de drijvende kracht in ons leven en leidt ertoe dat we liefde met beide handen willen vastgrijpen. Maar zodra we ons aan liefde willen vasthouden, gaat alles mis. En hoe harder dat misgaat, hoe wanhopiger we gaan grijpen.
In vertrouwen loslaten
Het boeddhisme zegt hier: hou op met dat grijpen! Maar dat is een hele harde les, want de pijn schreeuwt het uit: ik ben al zolang alleen en afgescheiden en nu zeg je me dat ik het niet mag pakken. Maar ga eens even goed na waar dat grijpen en pakken je heeft gebracht en, inderdaad, de leer zegt dat je niet moet vastgrijpen. Hier is een sprongetje nodig, een sprong vol vertrouwen: de overgave. Of bekijk het van een andere kant. In dat diepe vertrouwen klinkt de boodschap: ja, pak niks beet, wees geduldig, blijf zitten en neem waar hoe de wereld is als je hem niet vast wilt pakken. Dat is wat ik bedoel als ik zeg: niet langer opdelen wat toch al een geheel is. Ons 'grijpen naar' is nu juist wat uit elkaar haalt en opsplitst wat één geheel is. Laat dat grijpen en vastpakken achterwege. Aanvaard wat er hier en nu is, en dat zal je de weg wijzen. Wegduwen of vasthouden ‒ dat is geen overgave. Vergeet het niet; overgave wil zeggen: niet langer scheiden wat toch al een geheel vormt.
Als je afziet van vastgrijpen of wegduwen, blijft er alleen over wat op dat moment in die situatie nodig en vereist is. En dat staat los van jij wel of niet wilt. Je zult zeer waarschijnlijk, sterker nog, je zult vast en zéker nog te maken hebben met voorkeur en afkeer, behoeften en verlangens, maar nu weet je dat ze er niet echt toe doen. Nu weet je dat behoeften en verlangens die dingen zijn die het lijden laten voortduren. Wees dus bereid om te doen wat er van je gevraagd wordt, in de wetenschap dat er geen daad van een groot martelaar wordt verwacht. Het gaat om het aanvaarden van jouw waarachtig erfdeel. Aanvaard de erfenis die jou toekomt. Doe het werk dat op je pad komt. Vecht er niet tegen.
Klagen
Als je merkt dat je onwillig bent, geen zin hebt ‒ wie heeft dat niet van tijd tot tijd ‒ luister dan naar de stem van die onwil. Zoom een beetje uit. Probeer te onderscheiden tussen de klacht en degene die klaagt. Als je geen zin hebt, als je vecht, als er een conflict is, dan is er een klager. Er is geklaag. Klagen is een rechtstreeks gevolg van afkeer of tegenzin. Als je klaagt, handel je naar aanleiding van tegenzin, afkeer. Het is tamelijk duidelijk hoe lijden in dit geval ontstaat. "Maar mijn klacht is echt wel gerechtvaardigd." Nou goed, maar waarom ben je hierheen gekomen? Kwam je hierheen voor een rechtvaardiging of kwam je hierheen om los te laten en zicht te krijgen op het grotere geheel? Rechtvaardigen steunt alleen het bewustzijn van het kleinere deel. Het gaat hier en nu niet over het voortzetten van je kleine zelf, van je ego.
Als je merkt dat je geen zin hebt en onwillig bent, bekijk dan het element van klagen gewoon als een functie van je geest. Neem waar hoe je gedachten al klagend in de rondte gaan, maar ga er niet in mee. Als je wel mee gaat doen, als je inhaakt en de wereld bekijkt vanuit het standpunt van de benadeelde, het slachtoffer, dan wordt samsara voortgezet en blijft de blik op het kleinere gedeelte overeind. Zoom een klein beetje uit en krijg oog voor de klager die lijdt. Je weet wel hoe het is als je iemand tegenkomt die alsmaar aan het klagen is. Je hebt geen studie psychologie nodig om te snappen hoeveel leed dat veroorzaakt. Een klager ziet de wereld vanuit de blik van het slachtoffer. In anderen kun je dat herkennen; als je merkt dat je onwillig bent, begrijp dan dat je tot op zekere hoogte hetzelfde doet. Je creëert een wereld die van klagen aan elkaar hangt, terwijl de oplossing in overgave ligt en overgave betekent: niet langer scheiden wat al een geheel vormt.
Jouw keuze
Dus stop met klagen. Ik heb het niet over onderdrukken. Ik bedoel: zie de overbodigheid ervan in en de gevolgen die het heeft. Geef daarom gewoon uit handen wat jou pijn doet. Dat is geen enorm offer. Leg de oorzaak van je lijden naast je neer en zie dat wat overblijft alleen de pijn is. En de pijn heeft zijn plaats in het grotere geheel. Dát is mededogen. De pijn wordt niet afgewezen, nee, de pijn wordt niet voortgezet. De pijn houdt op te bestaan omdat wij hem láten ophouden. Als je jezelf de kans geeft om een beetje uit te zoomen en het geklaag waar te nemen, de stem ervan te horen, met andere woorden, de pijn erin te horen, ervaar dan het verschil tussen dit horen tegenover het meegaan in het geklaag. Om uit te zoomen en de klager te kunnen zien, moet je de pijn daarbinnen horen. Laat het zoals het is. Het is omarmd en het leven is al verder gegaan. Niet nodig om achterom te kijken.
Als het dus moeilijk wordt, bedenk dan opnieuw waarom je hierheen kwam. Richt je blik op je intentie. Jouw intentie komt in de eerste plaats voort uit het grotere geheel. Onze intentie komt op, omdat we er niet toe veroordeeld zijn om ons lijden steeds maar voort te zetten. Je bent zelf de enige die het tot staan kan brengen. We hebben de keuze tussen leven in de wereld van geklaag of leven in de wereld van het grotere geheel. Kies zorgvuldig.
Lezing 2 uit een vijfdelige serie lezingen gegeven tijdens de Segaki-retraite in 2007.
Oorspronkelijke titel: Surrender
Vertaling: Michel Tillie