Afhankelijk bestaan
Er is in het boeddhisme een lering met de naam ‘afhankelijk bestaan’, ook wel ‘afhankelijk ontstaan’. En die leer zegt dat alles voor zijn ontstaan en bestaan afhankelijk is van al het andere. Laten we even een makkelijk voorbeeld nemen, bijvoorbeeld een plant. Een plant is afhankelijk van de aarde, de grond, de lucht, de zuurstof, het CO2-gehalte, het licht, de zon, de regen, de voeding in de aarde, de wormen, en ook van de mens en dier. En zo is het ook met onszelf. Wij zijn, net zoals die plant, afhankelijk voor ons ontstaan en bestaan van de aarde, de lucht, de zon, het voedsel, onze ouders waaruit we zijn voortgekomen. En het gaat nog veel verder. Het onderwijs dat we hebben genoten, onze opvoeding, alle ervaringen die we hebben gehad in het leven dragen bij aan wie we nu, in dit moment, als persoon, als individu, zijn.
Als je kijkt hoe groot dat netwerk is van de relaties tussen jou, anderen en de wereld, is het bijna eindeloos. En het is goed om dit te beseffen. Dat ‘mijn’ bestaan als individu niet los staat van het bestaan van al het andere. En ‘ik’ maak deel uit van het geheel en ben ook weer deel van wat anderen zijn. Zo luistert u naar mij en ik spreek naar u en dat helpt, dat draagt bij in het creëren van wat ‘ik’ nu ben en wat ‘u’ nu bent.
Dus die wederzijdse relaties zijn heel dynamisch en steeds weer anders van moment tot moment. Zonder enige relatie zouden we niet zijn wie we zijn. Hoe lang kunnen we zonder voedsel, zonder water, zonder lucht? Maar ook hoe lang kunnen we zonder een relatie met een ander mens, met de wereld? We gaan dan misschien niet meteen dood, maar wat een impact zou het hebben?
Als we dit goed beseffen, onze onderlinge afhankelijkheid van elkaar, gaan we vanzelf zorg dragen voor het geheel. Want het geheel maakt mij en ik draag bij aan al het andere. Mededogen en wijsheid zullen de basis worden van hoe ik denk over de wereld en de ander, maar ook over mezelf, over mijn eigen lichaam en geest. Wijsheid zal ontspruiten omdat ik ga beseffen dat de ander schaden, dit lichaam schaden, uiteindelijk mij schaadt en ik daarmee anderen schaad. Anderen schaden, daarmee beschadig ik uiteindelijk mezelf.
Het is goed om dit zo nu en dan te contempleren, er stil bij te staan. Onze wereld vraagt voor nieuwe relaties: een nieuwe relatie met de aarde, met elkaar als mensen, een nieuwe relatie tussen mens en dier, een nieuwe relatie in de politiek, in de economie. Een relatie waarbij we de onderlinge afhankelijkheid erkennen. En hoe het schaden van de ander onszelf schaadt en hoe onszelf schaden ook weer de ander schaadt.
Ieder kan bijdragen aan die nieuwe relatie. Eenvoudigweg met hoe je je leven leeft. Daar zit juist de kracht, een diep besef van onderlinge afhankelijkheid, afhankelijk bestaan. Ieder draagt bij, hoe groot of klein ook. Met elk woord, elke daad, maar ook met elke gedachte. Want laten we eerlijk zijn, als we iemand ontmoeten en die persoon denkt negatief over ons, op de een of andere manier weten we dit. Het helpt ons niet, het helpt die persoon niet. Dus we dragen zelfs bij aan deze wereld met onze gedachten.
We hebben een geschenk te geven, een geschenk van mededogen en wijsheid. Noem het liefde. Daarmee worden wij gelukkiger en wordt de wereld een gelukkiger plek. Misschien voelt het heel klein, maar laten we het samen doen en dan kan het uiteindelijk iets groots worden, iets transformerends.
* * * * *
"Als we dit (de onderlinge afhankelijkheid) goed beseffen, onze onderlinge afhankelijkheid van elkaar, gaan we vanzelf zorg dragen voor het geheel. Want het geheel maakt mij en ik draag bij aan al het andere. "