Geboorte-en-dood is het leven van Boeddha
Mensen hebben door de eeuwen heen altijd verlangt en gestreefd naar een overstijgen van het dagelijks leven, een vorm van transcendentie. En dat heeft door de eeuwen heen geleid tot de grote religies die deze wereld heeft. De geloven waarin een liefhebbende God meestal centraal staat, in een paradijselijke hemel. Waar er, in tegenstelling tot het dagelijks leven, geen lijden is, geen angst en verdriet. Waar er een vrede is, waar we geliefd worden. Dus centraal in de meeste religies is een transcendente werkelijkheid die buiten of voorbij dit leven ligt.
Elementjes daarvan vind je ook in wat we soms het ‘oude boeddhisme’ noemen, het boeddhisme van de eerste eeuwen na de Boeddha. India was een hindoeïstisch land en het hindoeïstisch pad is een van transcenderen, het opgaan in Brahman. De Boeddha liet dit gaan maar ook Hij oefende om de cyclus van geboorte-en-dood, van het steeds weer in vorm verschijnen, achter zich te laten. Want voor Hem was geboorte, ziekte, ouderdom en dood het lijden, het lijden in deze wereld.
Eeuwen later na de Boeddha ontstond een vernieuwing in het boeddhisme, wat we het Mahayana boeddhisme noemen. En in die stroming vond een filosofische verdieping plaats en werd het transcendente volledig losgelaten. In plaats van ‘van samsara naar nirvana gaan’ werd het ‘het doorzien van samsara’ en het begrijpen dat samsara en nirvana eigenlijk één zijn.
Weer eeuwen later schreef de Japanse meester en grondlegger van de Sōtō-Zen traditie in Japan Zenmeester Eihei Dōgen uitgebreid in de Shōbogenzō over geboorte-en-dood. Maar zoals altijd bij Dōgen, voor hem staan geboorte-en-dood niet alleen maar voor twee van de vier soorten van lijden of de cyclus van wedergeboorten, maar voor hem staat het ook voor dit huidige leven en de vergankelijkheid ervan en erin: het ontstaan en vergaan van alles in elk moment en het ontstaan en vergaan van elk moment. Dōgen schrijft het volgende in de Shōbōgenzō:
“Als je een Boeddha zoekt buiten geboorte-en-dood zou dat zijn alsof je naar het Zuidelijke land van Yue wilt gaan door je naar het Noorden te keren, of dat je probeert het sterrenbeeld De Grote Beer in de noordelijke hemel te zien door naar het Zuiden te kijken; je zal daardoor te meer in geboorte-en-dood blijven en de Weg van de bevrijding mislopen.
Begrijp eenvoudig dat geboorte-en-dood zelf nirvana is. Geboorte-en-dood hoeven niet gemeden te worden, noch hoeft nirvana gezocht te worden. Als je dit waarlijk begrijpt ben je vrij van geboorte-en-dood.
Deze geboorte-en-dood is het leven van Boeddha. Indien je uit tegenzin probeert er vanaf te raken, verlies je daardoor het leven van Boeddha. Indien je uit gehechtheid probeert erin te blijven, verlies je het leven van Boeddha ook. Wat je dan rest is slechts de uiterlijke schijn van Boeddha. Alleen wanneer je geen tegenzin hebt tegen geboorte-en-dood, noch ernaar verlangt, zal je de geest van Boeddha ingaan.
Echter, ga dit niet overdenken of erover spreken. Laat je lichaam en geest zijn voor wat ze zijn, vergeet ze en ga het huis van Boeddha in zodat Boeddha vrijelijk kan functioneren en je zonder enige inspanning van lichaam en geest in overstemming daarmee bent. Dan ben je vrij van geboorte-en-dood en word je Boeddha. In wiens geest zou er dan nog een hinderlijke gehechtheid zijn?”
Aldus Zenmeester Dōgen [in het hoofdstuk Shōji].
Uiteindelijk komt het allemaal neer op wat we nu doen in dit zitten. Verzacht en ontspan in dit huidige moment, dit vergankelijke moment van het leven dat cyclisch is. Verzacht en ontspan, ook al is er misschien een moment van lijden, van angst, van verdriet. Houd aan niets vast en duw niets weg. In het verzachten en ontspannen, het vriendelijk worden, het volledig samenvallen met het moment van geboorte-en-dood is er het vrij zijn van dit moment zoals het is. En in het vrij zijn kunnen we vrijelijk functioneren als een Boeddha. Maar grijp iets vast en houd het vast, wat dan ook, en dan ben je die vrijheid kwijt. En wat dan rest is alleen nog maar geboorte-en-dood.
* * * * *
"In het verzachten en ontspannen, het vriendelijk worden, het volledig samenvallen met het moment van geboorte-en-dood is er het vrij zijn van dit moment zoals het is. En in het vrij zijn kunnen we vrijelijk functioneren als een Boeddha."