Ik en de wereld zijn niet twee
Het is goed om te beseffen dat de wereld zoals wij die ervaren, de wereld is zoals hij zich ontvouwt in ons bewustzijn. We nemen aan dat er een objectieve wereld buiten onszelf is, en daarmee bedoel ik buiten ons bewustzijn. Maar wat onze werkelijke ervaring betreft, al wat we ooit ervaren is de wereld zoals hij zich kenbaar maakt in ons bewustzijn. We kunnen daar natuurlijk nooit buiten stappen. Je kan je alleen maar bewust zijn van datgene wat zich manifesteert in het bewustzijn.
Dus als we het beeld van de objectieve wereld even loslaten en ons richten op de wereld zoals wij die ervaren, zien we dat ieder de wereld anders ervaart. Of laat ik het beter zeggen: ieder ervaart een andere wereld. Een wereld die volledig overeenkomt met de persoon die hij is.
Een angstig persoon ervaart een wereld waarin er van alles is om bang voor te zijn. Een persoon die wantrouwt ervaart een wereld vol met dingen om te wantrouwen. Een persoon die zoekende is naar geluk ervaart een wereld waarin dat geluk lijkt te ontbreken of niet makkelijk beschikbaar lijkt te zijn. Met andere woorden, de wereld zoals die zich ontvouwt in ons bewustzijn is een reflectie van onszelf. Natuurlijk, want wij zijn als persoon deel van die wereld. Dus wij zijn ook tegelijkertijd als persoon de reflectie van de wereld die er ervaren. Wereld en wij als persoon zijn één.
Dat heeft belangrijke consequenties voor onze beoefening. Hoe vinden we de wereld van vrede? Hoe vinden we het Boeddhaland? Als we op zoek gaan, allerlei technieken proberen te hanteren, allerlei methodieken, dan ervaren we een wereld waarin Boeddhaschap op een afstand ligt, misschien voorbij de horizon.
Onze beoefening is één waarbij we volledig verzachten en ontspannen. Waarin we het zoeken laten gaan. Waarin we het verwachten laten gaan en waarin we zitten als een Boeddha. En het moment dat we werkelijk zitten als een Boeddha ervaren we het Boeddhaland. De wereld zoals we die ervaren beantwoordt meteen aan hoe we zelf zijn.
Dus als we de wereld van vrede willen vinden, ben zelf compleet vrede. Maar houd in de gaten, je kan niet doen alsof. Die vrede zal in de diepste poriën van je lichaam en geest moeten indalen om de wereld van vrede te zien. Want om het Boeddhaland te vinden, zal je werkelijk een Boeddha moeten zijn.
Dus zit als een Boeddha. Open je hart en geest en weet dat de wereld zoals je die ziet een reflectie is van het diepste in jezelf. Denk niet dat je de wereld kunt veranderen door dan bewust jezelf te gaan veranderen. Dan zie je alleen maar een wereld die altijd veranderd en je nooit het doel bereikt waarnaar je streeft. Want een wereld waarin je streeft is een onrustige wereld, geen Boeddhaland. Nee, je zal jezelf volledig moeten loslaten. Zover openen dat je aan niets meer vasthoudt. En daar meteen is het Boeddhaland.
* * * * *
"Dus als we de wereld van vrede willen vinden, ben zelf compleet vrede."